Jeroen Depoortere
Mensen als Jeroen
tonen ons de waarde van
ieder mensenkind.
Levensviering
Inleiding door beste vriend va
Merel, Pieter en Ellen, Karen, Magda en ikzelf heten jullie allen van harte welkom.
Jullie talrijke aanwezigheid betekent voor ons een serieuze ruggensteun.
Ook voor Jeroen.
Veel mensen bijeen: dat was zijn ding!
En feest vieren, lange tafels, lekker eten, ambiance, veel gebabbel, …
Echt meeleven met alles en iedereen,
meevoelen met alles wat rondom hem gebeurde,
in het bijzonder in de grote familie.
Van de Vlaanders en van Brabant …
Verdriet hebben ook, en niet de woorden vinden om het uit te drukken,
maar “er bij zijn”: dat was voor hem – en ons – vaak het belangrijkste.
We hadden vandaag liever mét Jeroen gesproken en niet óver hem …
En toch zullen we hem voortdurend aanwezig weten
als diegene die ons de essentie van het leven leerde ontdekken,
die met zijn spontane charme
– sommigen noemden hem misschien niet ten onrechte een charmeur –
ons verduidelijkte waar het in het leven echt om gaat.
Er was bij Jeroen geen geheimzinnigheid,
geen dubbele boodschap, geen bijbedoeling, …
Hij was oprecht, spontaan, eerlijk en blij.
Er zijn zeker momenten geweest waar hij – en wij –
in de put zaten, er vertwijfeling was en zelfs wanhoop,
maar telkens opnieuw kwam er die nieuwe sprankel
die het vuur terug aanstak en ons verder deed leven.
Daarom ook willen we vandaag – met hem – het leven vieren.
Hij is het die ons oproept om verder te gaan, net zoals hij in 1987,
na een week aan de beademingsmachines gelegen te hebben,
miraculeus de draad terug opnam en getuigde van zijn levensmoed.
We zullen samen proberen hem niet teleur te stellen.
En zoals elk groot familiefeest begon met het maken van een kruisteken
willen we dat nu ook doen: in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
Leven is licht en Merel zal nu bij Jeroen de kaarsen aansteken.
Kaarsen en Jeroen: onafscheidelijk.
Een ritueel waar Jeroen aan gehecht was.
Brandend voor iedereen. Nu speciaal voor hem.
De acht zaligheden
Toen Jezus de mensenmassa zag ging hij zitten met zijn leerlingen om zich heen.
Hij nam het woord en onderrichtte hen:
Gelukkig zijn zij die eenvoudig van geest zijn,
want zij vormen een nieuwe toekomst van soberheid en onthechting.
Gelukkig zijn zij die verdriet hebben,
want zij zullen getroost worden.
Troost om te zijn wie je bent, ondanks alles.
Gelukkig zijn zij die zachtmoedig zijn,
want zij zullen een 'thuis’ vinden
waar geborgenheid en liefde heersen.
Gelukkig zijn zij die streven naar gerechtigheid,
want dan zal iedereen tot zijn recht komen en geholpen worden,
dwars door weerstand en regeltjes heen.
Gelukkig zijn zij die barmhartig zijn,
want zij krijgen nieuwe kansen in de toekomst.
Gelukkig zijn zij die zuiver van hart zijn,
want zij zijn openhartig en oprecht, eerlijk en onverdeeld en weten zich geborgen
in Iemand die groter is dan het grootste en het liefste hier op aarde.
Gelukkig zijn zij die vrede brengen,
want zij 'zijn'. Vriendschap, goede verstandhouding in verbondenheid
en samenhorigheid stellen zij boven alles.
Zo krijgt het leven zin.
Gelukkig zijn zij die eerlijk en rechtlijnig zijn
en daarop aangesproken worden
want zij blijven zoals ze zijn: “echt”.